info-steel-38

Staalconstructie met cellenliggers De bouw van de 'lateibalk' van twee verdiepin- gen werd uitgevoerd door aannemer Depret uit Zeebrugge en staalconstructiebedrijf De Wande- ler uit Torhout. De werken werden binnen een ‘bouwteam-formule’ gerealiseerd samen met de architectenbureaus Buro II & ArchI + I, abv+ archi- tecten en het studiebureau VK Group. De meest recente vleugel, een lateibalk van twee verdiepingen rust op de kantoorgebouwen die eerder werden gebouwd en gerenoveerd. Dit balk- vormig volume bestaat uit een staalskelet (staal- kwaliteit S355) met cellenliggers en de vloeren zijn opgebouwd als staalplaat-betonvloeren (Cofraplus 77 van Arval). Er werd gebruik gemaakt van ACB®- cellenliggers (ArcelorMittal) eveneens in staalkwaliteit S355. De 3 types die werden gebruikt zijn samengesteld uit IPE 360, IPE 400 en IPE 450 en hebben telkens een hoogte van 520 mm. Deze liggers zijn interes- sant omdat ze door hun constructie, hoger en toch lichter (door de cirkelvormige uitsparingen), grotere overspanningen aankunnen dan standaard profielen. De overspanningen gaan in dit geval van 7,5 m tot 10,2 m. De stalen kolommen werden uitgevoerd in HEB 300 en HEM 550, ook werden betonkolom- men toegepast. Op de verdiepingen werden buis- kolommen B273/20 en B 323,9/20 aangewend. Construction métallique avec poutres cellulaires La construction de la 'poutre-linteau' de deux étages a été réalisée par l’entrepreneur Depret de Zeebruges et l’entreprise de construction en acier De Wandeler de Torhout. Les travaux ont été réalisés dans le cadre d’une 'formule d’équipe de construction' avec les bureaux d’architectes Buro II & ArchI + I, abv+ archi- tecten et le bureau d’études VK Group. L’aile la plus récente, une poutre-linteau de deux étages, repose sur les bâtiments de bureaux qui avaient été construits et rénovés auparavant. Ce volume en forme de poutre est constitué d’un sque- lette en acier (qualité d’acier S355) avec des poutres cellulaires tandis que les sols sont constitués de sols en béton-tôle d’acier (Cofraplus 77 d’Arval). On a utilisé des poutres cellulaires ACB® (ArcelorMit- tal) également en qualité d’acier S355. Les 3 types qui ont été utilisés sont composés de IPE 360, IPE 400 et IPE 450 et ont chacun une hauteur de 520 mm. Ces poutres sont intéressantes étant donné que grâce à leur construction, haute et pourtant plus légère (en raison des évidements en forme de cercle), elles per- mettent de plus grandes portées que des profils stan- dard. Dans ce cas, les portées vont de 7,5 m à 10,2 m. Les colonnes en acier ont été exécutées en HEB 300 et HEM 550, des colonnes en béton ont également été utilisées. Sur les étages, des colonnes tubulaires B273/20 et B 323,9/20 ont été utilisées. 24 Xb Xa Wa Va U5 U4 U3 U2 U1 Y X W V U T S R Q P O N M L K 9B 9 10 11 11C