info-steel-40

• Kathodische bescherming Kleine beschadigingen, of plaatselijk niet beschermde delen (gesneden randen, boorgaten, ...) zullen geen aanleiding geven tot corrosie? Hoe dat komt? In een vochtige omgeving (elek- trolyt) vormen zink en staal samen een galvanisch element waarvan het meer elektro-negatieve zink (anode, dat in oplossing gaat) elektronen levert aan het staal (kathode). Dit laatste vrijwaart het element van corrosie (zie afbeelding). De zink- ionen nemen de plaats in van de staal ionen en vormen zo passiverende zink-zouten in de plaats van staal-zouten. Dit noemen we ook wel het ‘zelfhelende effect van de zinklaag’. Het resultaat is een blijvende bescherming tegen roest. • Inwendige bescherming van holle structuren Het spreekt vanzelf dat gedurende het dompelpro- ces de binnenwand van holle structuren eveneens verzinkt wordt. Corrosieweerstand en beschermingsduur 1. Atmosferische corrosie De laagdikte is natuurlijk bepalend voor de levensduur van een thermisch verzinkte structuur. Deze laagdikte hangt in grote mate af van de dikte en de samenstel- ling van het staal. Naast de dikte van de verzinking- slaag is de beschermingsduur van verzinkt staal in grote mate afhankelijk van de aard en dus de corrosi- viteit van de omgeving waarin het stuk zich bevindt. Sinds de jaren 90 weten we dat de werkelijke corrosiesnelheden van verzinkt staal aanmerke- lijk lager zijn dan voordien werd aangenomen. Verscheidene wetenschappers hebben aange- toond dat dit het rechtstreeks gevolg is van de voortdurende daling van de zuurtegraad van de atmosfeer, in het bijzonder van het sterk afgeno- men S0 2 -gehalte (gasvormig zwaveldioxide). Deze afname is het resultaat van een reeks maatregelen die de afgelopen decennia wereldwijd getroffen werden om de zwaveluitstoot terug te dringen. Voor een meer gedetailleerde beschrijving van de corrosiviteitsklassen verwijzen we graag naar de ’Gids voor bescherming van staal tegen corrosie’ van Infosteel, VOM en Zinkinfo. Algemeen kan men • Protection cathodique Les systèmes anticorrosion à base de zinc ont une propriété remarquable : de petits endommagements ou des parties locales non revêtues (découpes, perçages,…) ne seront pas sujets à la corrosion. Le zinc et l’acier en milieu humide (électrolyte), forment en effet un élément galvanique dans lequel le zinc, plus électronégatif (anode), se dissout tout en fournissant des électrons à l’acier (cathode). Ce courant galvanique protège l’acier de la corrosion. Les ions de zinc qui se dissolvent se combinent avec les ions de l’atmosphère formant des sels de zinc passivants aux qualités anticorrosion performantes. C’est ce que nous appelons l’effet autocicatrisant de la couche de zinc. • Protection interne de structures creuses Comme il s’agit d’un procédé par immersion, les parois internes des structures ou profils creux sont bien évidemment, elles aussi, galvanisées. Résistance de la corrosion - Durée de protection 1. La corrosion atmosphérique L’épaisseur de la couche du revêtement est bien entendu déterminante pour la durée de vie du maté- riel galvanisé à chaud. Cette épaisseur dépend de l’épaisseur et de la composition de l’acier. Le type, et par conséquent l’agressivité, de l’environnement dans lequel le matériel est exposé a également une grande influence sur la durée de protection de l’acier galvanisé. Depuis environ 1995, les experts se sont rendus compte que la corrosion de l’acier galvanisé s’effectuait nettement plus lentement que ce qui était généralement admis jusque-là. Plusieurs scientifiques ont démontré que cette évolution est en corrélation directe avec la diminution constante du degré d’acidité de l’atmosphère et en particulier avec la réduction importante de la teneur en SO 2 . Cette réduction est due à toute une série de mesures prises dans le monde entier pendant ces dernières décennies afin de diminuer les émissions de soufre. Nous nous référons au ‘Guide de protection anti- corrosion de l’acier’ publié par Infosteel, VOM et InfoZinc pour une description plus détaillée des catégories de corrosivité. En général, on peut Anode (negatief) - Anode (négatif) Magnesium - Magnesium Zink - Zinc → Aluminium - Aluminium Cadmium - Cadmium Staal - Acier ← Lood - Plomb Tin - Etain Nikkel - Nickel Messing - Laiton Koper - Cuivre Kathode (positief) - Cathode (positif) zink beschermt staal le zinc protège l'acier 76