info-steel-53

abdij uit de doeken doen. Nadien volgt de heuvel, waar de bezoekers een uniek zicht hebben op het historische patrimonium. Tot slot komen ze terecht in de tuin, om verder af te dalen naar de site waar de eigenlijke ruïnes zich bevinden. Andrea Tenuta: «We hebben ons best gedaan om ervoor te zorgen dat de scenografische elementen het eigenlijke doel van het bezoek – de ruïnes – niet in de weg staan. Het kwam erop aan om voldoende informatie te geven zonder het parcours al te lang te maken. Vermits inte- rieur en exterieur in elkaar overvloeien, vergde dit project echt teamwork tussen architectuur, scenografie en landschapsinrichting. We wilden een coherent beeld van begin tot eind. De keuze en het gebruik van de materialen waren zonder meer cruciaal. Het was aan ons om het geheel te uniformiseren door het gekozen materialenpalet op verschillende manieren in te zetten (naarma- te de ontwerpende disciplines).» Weervast staal (‘corten’) als rode draad Om de ziel van de plek en de omringende natuur te weerspiegelen, opteerden de ontwerpers voor beton, hout en staal (voornamelijk cortenstaal). De liftkoker aan de buitenzijde van de molen en de trap van de tuin bestaan uit stampbeton, terwijl de buitenwegen gerealiseerd zijn in gedesactiveerd beton. De passerelles hebben een archeologisch karakter en zijn opgebouwd introduisent l’histoire de l’abbaye, puis dans la colline depuis laquelle le visiteur appréhende les ruines avec un point de vue inédit et enfin dans le jardin pour ensuite descendre dans le site des ruines proprement dit. Andrea Tenuta : « Nous avons beaucoup travail- lé pour que les outils de scénographie puissent être mis en place sans rivaliser avec l’objet prin- cipal de la visite qui reste les ruines. Il s’agissait de donner des informations sans trop rallonger la durée du parcours. Vu l’étalement des aména- gements entre intérieur et extérieur, nous avons procédé à un véritable travail d’équipe entre architecture, scénographie et paysage. Nous voulions avoir un fil rouge cohérent jusqu’au bout. Le choix et la mise en œuvre des maté- riaux est certainement l’une des clés. Il s’agis- sait d’arriver à unifier l’ensemble à partir des différentes déclinaisons d’une même palette de matériaux suivant les disciplines. » L’acier auto-patinable (‘corten’) comme fil rouge En écho à l’esprit cistercien du lieu et la nature environnante, les concepteurs ont ainsi opté pour le béton, le bois et l’acier, essentiellement Corten. Le béton se voit décliné en béton pisé pour la cage d’ascenseur à l’extérieur du moulin et l’escalier du jardin, et en béton désactivé pour les chemins extérieurs. Les passerelles à caractère archéologique sont en bois, les 43